Verduurzaming Doelstraat 13, Haarlem

Midden in de Vijfhoek, een pittoreske buurt in de binnenstad van Haarlem, ligt een groot pand dat in 1908 werd opgericht door de firma Waaning als fabriek voor Haarlemmer Olie. Inmiddels heeft het pand de status van gemeentelijk monument. Het deel aan de Doelstraat had een representatieve functie. In rijk geornamenteerde kantoorvertrekken werd het bezoek ontvangen dat overtuigd moest raken van de goede eigenschappen van deze wonderolie. Het achterste deel bestond uit magazijn en personeelsvertrekken, en grenst aan een binnenplaats met kokerij. Enkele dagen in het jaar werd hier het zwavelrijke goedje gebrouwen.
Sinds de jaren ’80 is het gebouw in gebruik als woonhuis. De scheiding tussen voor- en achterhuis is doorbroken, maar de sfeer van vroeger is nog goed te herkennen. De nieuwe eigenaar vroeg ons een plan te maken om het gehele pand klaar te maken voor een nieuwe eeuw: energiezuinig, comfortabel, en gericht op het plezier van het wonen, zowel aan de binnentuin als aan de straat. De garagedeuren die afgetimmerd waren vervangen we door royaal beglaasde vouwdeuren. Met vlasisolatie wordt het gebouw van binnen ingepakt. Beglazing wordt vervangen, het dak van buiten geïsoleerd. Warmtepompen en zonnepanelen voorzien in een duurzame energieopwekking. In nauw overleg met Erfgoed blijven karakteristieke elementen behouden. En beginnen de nieuwe bewoners weer een volgend hoofdstuk in de rijke geschiedenis van dit gebouw.

In nauwe samenwerking met restauratie-aannemer Burgy, EPOS advies en energieadviesburo Kroon werd een plan van aanpak opgesteld. Februari 2024 is de bouw gestart.

Status in uitvoering
Architecten Ronald Knappers, Krijn Tabbers
Opdrachtgever(s) particulier
Gerelateerd

In 1999 heeft ons bureau het stedenbouwkundige plan gemaakt voor een nieuwe centrale as in de wijk Holtenbroek. Later hebben we ook opdracht gekregen om een nieuw winkelcentrum (ca. 5.500 m²) met daarboven twee woongebouwen te ontwerpen. Een bestaand woongebouw met onderliggende winkels is in het plan opgenomen.

Het winkelcentrum ligt op het snijpunt van de twee hoofdassen van de wijk. Het opent zich middels een ovaal plein naar de aanwezige grote waterpartij en het park. De woongebouwen omzomen het winkelcentrum in een U-vorm. In het ene gebouw zijn 32 studenteneenheden ondergebracht en in het andere 68 kleine koopappartementen. Deze worden ontsloten vanuit een atrium met een glaskap en diverse gemeenschappelijke ontmoetingsruimten. De bewoners zijn vooral alleenstaanden of starters zonder kinderen. Gezamenlijk kunnen zij gebruik maken van een sauna en een uitkragend zwembad op de bovenste verdieping met een spectaculair uitzicht over de stad.

Stedenbouwkundige en architectonische inpassing “Vomar”locatie, hoek Abraham van Rooijenstraat en Maarten Kruijtstraat te Noordwijk

Stedenbouwkundig waren de contouren en de hoogte van het bouwplan bepaald door de gemeente Noordwijk. Met het plan worden de straten Abraham van Rooijenstraat en Maarten Kruijtstraat duidelijk gedefinieerd, aansluitend op de bestaande straatprofielen. Ook de Gasthuissteeg krijgt met dit bouwplan een duidelijke  begrenzing. 

De hoofdmassa kent een tussenschaal tussen twee werelden die in de omgeving aanwezig zijn. Aan de ene kant is er de kleinschaligere dorpsbebouwing van de Hoofdstraat en aan de andere kant de grootschalige hotelbebouwing. De massa van het nieuw te bouwen bouwblok is 3 lagen hoog plus een kapverdieping. Het wordt geleed in een aantal volumes, waarmee de schaal van het bouwblok verzacht wordt. Door verschillende kleuren metselwerk en dakbeëindigingen worden deze volumes verzelfstandigd. Met een spel van ritme van balkons, ramen, banden, daklijsten en een groen-koperkleurig dak voegt het gebouw zich goed in de badplaatsarchitectuur van de omgeving. De massa aan de Gasthuissteeg is 2 lagen hoog. Het heeft een groene gevel met raamopeningen. Aan de noordzijde van het plan wordt de bestaande brandgang dichtgezet en sluit de bebouwing direct op het naastliggend perceel.

Het plan is vooral duurzaam te noemen vanwege het driedubbel grondgebruik. Het bouwblok kent een ondergrondse verdieping, daarbovenop een winkel laag, daarboven een parkeerdek voor de woningen en een 42 tal woningen.

De Abraham van Rooijenstraat is een belangrijke ontsluitingsweg. Vandaar dat vooral functies als de inrit van de ondergrondse parkeergarage, de inrit van het parkeerdek op de 1e laag voor de woningen, en de entree van de expeditie hier gemaakt zijn. De Kruisstraat wordt meer verkeerluw. Dit wordt de wereld van het winkelen zoals dat is bij de Hoofdstraat. Hier komen de winkelfuncties te liggen, die via twee duidelijke entrees op de hoeken worden ontsloten. Vanuit de Hoofdstraat en vanuit de Grent zijn deze entrees duidelijk zichtbaar.

Aan de noordzijde bevindt zich de entree van de woningen. Het bestaande laad- en loshof waar zich ook andere woningontsluitingen bevinden krijgt hiermee een kwaliteitsimpuls. De galerijgevel, niet of nauwelijks zichtbaar vanaf de openbare ruimte is als een veranda wereld bedacht. Het is een lichte wereld van geschilderd hout.

In het woonzorgcomplex Laurens Oudelandse Hof in Berkel en Rodenrijs zijn zorg, wonen en aanvullende dienstverlening zorgvuldig op elkaar afgestemd.

Het totale programma van het woonzorgcomplex en de daarbij behorende parkeerdruk hebben geleid tot dubbel grondgebruik. Verhoogde daktuinen, grasdaken, hoven en terrassen compenseren het gebrek aan "groene ruimte" op de begane grond. In het gebouw zijn drie functies ondergebracht; een psychiatrische instelling met 36 bedden, een verpleeghuis met 176 bedden en 67 senioren(huur)appartementen, waarvan 14 geschikt voor meervoudig gehandicapten. Ondanks de grootte van het gebouw zijn deze functies duidelijk herkenbaar en wordt het complex door de onderverdeling in een aantal hoven als kleinschalig ervaren.

De seniorenwoningen zijn gesitueerd rond een hof. Het psychiatrische deel heeft zijn eigen half open hof en ook het relatief grote verpleegtehuis is onderverdeeld in een aantal hoven, waarmee voor de bewoners een kleine, veilige leefomgeving is gegenereerd.

Een groot complex heeft als voordeel dat het over diverse algemene voorzieningen kan beschikken. Zo zijn in het gebouw een kinderdagverblijf, een restaurant, een supermarkt en een fitness/fysiotherapieruimte opgenomen, die eveneens door mensen van buiten kunnen worden gebruikt. Het gebouw vervult hiermee een belangrijke functie voor de wijk. De diverse verkeersstromen, wel en niet openbaar toegankelijk, zijn goed en helder van elkaar gescheiden.

De menging van functies in het gebouw zorgt voor de nodige levendigheid. De bewoners zijn niet geïsoleerd maar blijven deel uitmaken van de maatschappij. Het complex is om die reden in een woonwijk, nabij het centrum van Berkel en Rodenrijs gesitueerd.

Huis van Hilde ligt aan de duinrand, op de toeristische route tussen station Castricum en de duinen. Het gebouw is in januari 2015 geopend en combineert een depot- met een museumfunctie.  Het archeologisch centrum is vernoemd naar Hilde, een vrouw uit de vierde eeuw na Christus en gevonden in 1995 bij een opgraving in Castricum.  

Huis van Hilde is gerealiseerd in opdracht van de Provincie Noord-Holland. Elke Nederlandse provincie is verantwoordelijk voor het in stand houden en tentoonstellen van archeologische vondsten binnen haar grenzen. Het oude depot van Noord-Holland in Wormer werd te klein, het klimaat was slecht beheersbaar  en het was slechts in beperkte mate toegankelijk voor bezoekers.  Het gebouw op de Zanderij in Castricum biedt voldoende ruimte voor beheer en het tentoonstellen van archeologische vondsten en collecties.

Huis van Hilde heeft een vloeroppervlak van 4.480 m2 en is onderverdeeld in een paviljoen en een ondergronds depot. Het gebouw is ontworpen vanuit het omringende landschap. Het ontwerp refereert aan een nollenlandschap; een duinlandschap dat veel ouder is dan de huidige stuifzandduinen en op verschillende plaatsen in Noord-Holland nog kan worden gevonden.

In het bovengrondse, langgerekte paviljoen zijn aan de ene kant de hoofdingang, met balie en museumwinkel , alsmede een ruimte voor tijdelijke exposities, garderobe en toiletten gesitueerd en aan de andere kant de kantoren van de medewerkers. Op de eerste verdieping bevinden zich een kleinschalig restaurant met terras (op het depot) en auditorium. De langgerekte vorm en het 70 meter lange dak van het gebouw verwijzen naar de vroegmiddeleeuwse boerderijen, zoals die in de omgeving hebben gestaan. De gebogen dakconstructie is afgewerkt met CorTenstalen beplating als een verwijzing naar rietgedekte boerderijen. De grote overstekken van het dak beschermen het interieur tegen direct invallend zonlicht, wat de toepassing van grote glasvlakken toestaat. De gevel is afgewerkt met natuursteen uit Marokko, met fossiele pijlstaartinktvissen erin, een verwijzing naar de archeologische functie van het gebouw. Deze steen komt ook weer terug in het interieur.

Het depot is circa 2.200 m2 groot en verdeeld in diverse archiefruimten en de centraal gelegen tentoonstellingsruimte. Het heuvelachtige nollenlandschap is als het ware over het depot heen getrokken. Door een meter zand op dit deel van het gebouw te leggen wordt op passieve wijze een stabiel klimaat bereikt en zijn maar beperkt installaties nodig om de temperatuur en luchtvochtigheid in het depot constant te houden. Door tijdens ontwerp en uitvoering sterk in te zetten op duurzaamheid heeft Huis van Hilde een gemiddelde score van 8,6 op het duurzaamheidslabel GPR. Daarnaast heeft het integreren van gebouwdelen in het landschap zeker ook een symbolische waarde: de beste plek om archeologisch schatten te bewaren is in de grond.